De provincie Alentejo wordt het best bewaarde geheim van Portugal genoemd. In het zuidoosten ligt het vrijwel onbewoonde natuurpark Vale do Guadiana. Het gebied wordt doorsneden door de Rio Guadiana, de op drie na grootste rivier van het Iberisch schiereiland.We parkeren midden in dit natuurgebied, na een lang hobbelig weggetje, 20 km vanaf van de doorgaande weg. Een cultuurlandschap met steppeachtige heuvels en verspreid staande steeneiken die schaduw bieden aan de schaapskuddes. Verwilderde stukken met een mengeling van zonneroosjes, eucalyptusbomen, wilde cipressen, oude eiken en hier en daar een ruïne, afgewisseld met een boomgaardje van grasgroene pijnbomen.
Het uitzicht is zó vredig en de stilte weldadig. Er is hier zo’n balans tussen landbouw en natuur, dat dit aangenaam doorwerkt in onze eigen energiebalans tussen arbeid en rust. Ondanks het onbewogen beeld, blijven we ernaar kijken.
Plots zien we vlakbij een 25 cm roodbruine vogel met ‘zebrastrepen’ op zijn vleugels, die met een lange, dunne snavel, in een geploegd stukje heuvellandschap pikt, op zoek naar insecten. Omdat alles zo meditatief werkt, gaan we op in de observatie alsof dit ‘t enige is dat bestaat.
We kennen dit vogeltje niet en het blijkt een hop te zijn. De site van de vogelbescherming leert ons dat het beestje de laatste 50 jaar in Nederland nagenoeg niet meer voor komt, vanwege de intensieve landbouw. Het Iberisch schiereiland is zijn belangrijkste broedgebied geworden, omdat de hop kritisch is en afhankelijk van zeer extensieve landbouw in een rijk oud cultuurlandschap met veel oude bomen en vervallen bouwsels. Laat dit nou de perfecte omschrijving van dit gebiedje zijn!
De nachten vinden we fris. Tijdens de ochtendwandelingetjes met Pinke is het zo’n 7 graden, wanneer de zon net over de heuvels uitpiept. In de middag loopt de temperatuur op naar zo’n 15 graden. Wel is het nagenoeg de hele week droog. We beginnen elke dag met brandend houtkacheltje en gelukkig kunnen we hier weer een hele voorraad brandhoutjes bij elkaar sprokkelen. In de middag stijgt de temperatuur in de camper door de zon naar 25 graden, staan de ramen open en voelt het zomers.
We maken een 3 uur durende wandeling door een stuk beschermd natuurgebied, met een hoge moeilijkheidsgraad, soms blijken we te moeten klauteren. Het begin van de wandelroute begint bij ‘Anta das Pias’, een vijfduizend jaar oud hunebed dat bijna onvindbaar is tussen de begroeiing, maar Klaas zet door en we vinden hem. Dan vervolgen we het glooiende karrepad, tot we plots overzicht hebben over de vallei waardoor de rivier de Guadiana stroomt. Het is zonnig en blijkbaar heeft het nog weinig geregend, want de rivier is vrij smal. Een mooi graspaadje leidt ons naar beneden, naar de ruïne van een verborgen en vergeten watermolen in het midden van de rotsachtige kliffen… die we dus ook niet vinden.
Pinke is geboeid door alle geurtjes op de route. Soms draalt ze, kijkt ze ons aan en wil ze niet verder lopen. Ik til haar in de buidel en op een gegeven moment moeten we verder klauteren over de rotspunten. Dan lopen we onszelf vast op de rivier en zullen een stuk terug moeten, waar ik wat van baal, omdat het onhandig is met zo’n 7 kilo Pinke in de buidel om mijn nek. Ik spoor mijzelf aan om eerst de waarde van dit moment te ervaren. We gaan op de rotsen zitten en Klaas schenkt onze koffie in, mueslirepen erbij die 2 jaar over datum zijn, maar nog altijd prima smaken. Het is fijn dat we nu echt om ons heen kunnen kijken, want onderweg moeten we steeds opletten waar we onze voeten neerzetten.
Er komt een luidruchtige sportklas aan en we laten hen de route uitvinden, handig! Ineens valt me op dat ze de route nemen die Pinke eerst nam, maar terug kwam om bij ons te blijven. Ik realiseer me dat zij stééds al het spoor van eerdere wandelaars volgde, maar dat ik te druk was om ‘zellúf’ de controle te houden, zodat ik dat volledig over het hoofd heb gezien! Goh, die Pinke! Het is een échte hond!
Dit gebiedje nodigt uit tot beschouwing: van het pad afraken kan ook vertaald worden naar vaste patronen loslaten. Eerst voelt het ongemakkelijk of inefficiënt, maar daarna wordt de waarde ervan zichtbaar, omdat er nieuwe zienswijzen ontstaan en het geeft juist de jeu aan het leven. Uit patronen stappen is dus juist heel effectief, om te voelen dat we wérkelijk leven.
Na een half uurtje pakken we de wandeling weer op en ik geniet er enorm van, nu ik zie hoe Pinke alle (zij)paadjes afsnuffelt en steeds de juiste weg vindt! De ongerepte vegetatie is geweldig en regelmatig blijf ik even achter om foto’s te maken van die twee lieverds van me, in dit landschap. En hoppakee, Pinke komt meteen terug. Ze gaat midden in de afstand tussen mij en Klaas staan, kijkt op en neer omdat ze de roedel bij elkaar wil houden. Goh, wat ontroert dit huishondje me met haar natuurlijke instinct.Na 2 uur bereiken we de belangrijkste oneffenheid in de stroom van de Guadiana, de waterval van Pulo do Lobo, zo aangeduid omdat de oevers van de rivier elkaar zo dicht naderen dat de rivier in een sprong kan worden overgestoken. Pulo do Lobo betekent sprong van de wolf, maar we proberen het niet, want het is écht niet zo makkelijk als het lijkt.
Deze waterval begon zich in de ijstijd 110.000 geleden te vormen en heeft een smalle afgrond waar het water van de Guadiana naar beneden stort. Dit hoogteverschil is het gevolg van de effecten van verschillende geologische tijdperken. Het water klokt en bruist door muren en gaten van geërodeerde rotsen omlaag.
Ruim een week staan we met onze hippiecamper op een parkeerplaatsje, 100 meter buiten het verlaten gehuchtje Pias. De 10 witte vervallen huisjes en net zoveel stallen doen ons dromen over een zelfvoorzienende woongroep hier in het achterland van Portugal. Een enkele schapenboer komt dagelijks met zijn pick-up om zijn schaapskuddes te verzorgen. Hij zwaait elke keer glimlachend. Verder lijken hier de activiteiten vrij plots gestopt, want er staan vele verlaten bijenkasten met alleen een enkel ‘krakersvolk’... van bijen wel te verstaan. Onder een afdak staan honderden vergane broedkamerramen, die nog ruiken naar propolis, wat maakt dat Klaas zijn imkerverleden weer wakker wordt en prettige kriebels geeft.
De slogan ‘slow is beautiful’ staat in het alledaagse leven van de Alentejo voorop, dus geen wonder dat we het hier zo geweldig vinden!