Spring naar inhoud

Be-leven

Nog voor het plaatsen van het vorige blog, dient het volgende avontuurtje zich alweer aan. Ten Oosten van Coimbra (keramiekstad) volgen we de Rio Mondego. Klaas wil hier graag kijken of hij rivierklei kan delven voor eens een wat groter werkstuk. We nemen een steile helling omlaag naar de rivier. In deze groene vallei belanden we op een kunstmatig stukje rivierstrand, met tropische parasols en eromheen is alles strak aangelegd. Het regent. Klaas kijkt er wat rond en er is nérgens klei te bekennen. Dit is niks voor ons, dus trekken we verder. Alleen... komen we de helling niet meer op. De banden slippen. Ik laat me achteruit rollen, de parkeerplaats weer op. Afwachten. Hopen dat het wel lukt als het droger is.
Wandelend met Pinke ontdekken we na wat speurwerk
toch ergens een richeltje klei! En ja hoor, Klaas gaat los! Hij heeft zowaar een hele kleidag en geniet! (zie het project op www.clayaway.eu) Wanneer het de volgende dag droger is, lukt het gelukkig om de helling op te kruipen. Natuurlijk met een extra emmertje klei in de achterbak.

We rijden de Serra do Açor in, het havikgebergte. De laatste locatie in Midden-Portugal waar de oorspronkelijke begroeiing nog gedijt. Tenminste... Stilzwijgend van ontzag zien we hoe een groot natuurgebied 3 jaar geleden hier is verbrand. Dat was een recordjaar met meer dan 100 doden. In dit gebied is ruim 400.000 hectare verwoest. Vergelijkbaar met 800.000 voetbalvelden! Inmiddels woekeren tussen de véle kaal verbrande stammetjes vooral de brem en de eucalyptus: de meest brandbare soorten. Ai ai ai!
Een wandeling naar ‘Fraga da Pena’ gaat door een kloof van grijs leisteen waaruit diverse watervallen ontspringen. Het is er koel en prachtig met druipend mos begroeid. Met onze koffie zitten we in een straaltje zon te genieten van deze ongerepte, serene oase in dit verder verwoeste gebied.

Wanneer we de streek uitrijden over prachtige, slingerende weggetjes, schrik ik ineens op. De motor is bijna oververhit! Meteen stoppen en checken. Niks, nakkes, nada koelwater meer in het systeem. Shit! Niet weer, hè? Vorige reis achtervolgde dit probleem ons ook al. Aanvullen met een paar liter koelwater blijkt niet genoeg, dus drinkwater erbij. En verhip er komt zowaar een straaltje uit een slang! Het is nog wel 80 km via bergweggetjes naar de eerste garage. Handige Klaas bedenkt de oplossing: hij draait een dikke schroef in het gat en we kunnen verder. Het gaat zelfs zo goed, dat we eerst naar het schist-dorpje Piódão rijden. Huisjes van bruin-grijs leisteen met állemaal azuurblauwe deuren en kozijnen, staan harmonieus genesteld tegen de groene berghelling. Dicht op elkaar, beschut tegen de wind. Een wandeling door Piódão betekent een klauterpartij door smalle steegjes met prachtige doorkijkjes en mooie panorama’s.
Een paar dagen later, na diverse aardige wandelingen hebben we het wel gehad met inmenging van de mens in het landschap. Het is al bijna 2 weken geleden dat we echt in de natuur waren. In een stadje repareert Klaas zelf de lekkage. Wel nabij een garage voor het geval dat het niet lukt: rubberen buis een stukje inkorten en nieuw, vorstvrij koelwater erin. Makkie!

En daar gaan we: naar Serra da Estrela, het sterrengebergte. Eindelijk! De grootste en hoogste bergketen van het Portugese vasteland, daarom ook wel 'het dak van Portugal' genoemd. Ons mobiele huisje moet haarspeldbochten en flink steile hellingen nemen, maar het lukt. Ook het koelwater blijft op goed niveau. Op 1300 meter wanen we ons in Noorwegen! Geen bomen, heel stenig en prachtig uitzicht over het laagland. We beginnen hier een wandeling en wanen ons nog meer in Noorwegen: 8 graden, dikke wolkenlaag en een vreselijk koude wind. AHH! Mijn eerste gedachte: ‘Ik wil naar huis!’ Vervolgend met: ‘He? Hoe kom ik daar nou bij?’ Wanneer ik erover voel-denk betekent ‘huis’: behaaglijke warmte. Snel terug dus naar de camper en gelukkig zijn we 10 minuten verderop weer ‘terug in Portugal’: een beschutte plek en warmer door zelfs een zonnetje.

Terug in de natuur! Stukjes bos en struiken liggen tussen gigantische, rond geslepen, granieten keienformaties, lukraak verspreid in het landschap. Prachtig! Bij een afgelegen stuwmeer strijken we neer. Wat een rust! Dit heb ik erg gemist. Er komt ontroering in me op. Het raakt een gelukzaligheid die zo diep gaat, dat het schuurt aan oude levenspijn die ook zo diep gaat. Bewust, zonder weerstand, laat ik het er zijn. ‘Zand in mijn hart’. Het schrijnt, tot diep in mijn lijf. En daarna besef ik: ‘Ik kan het wel aan. Ik los niet op.’ Diep gevoel kunnen toelaten gaat samen met grote rijkdom ervaren. Het leven beleven, in zijn geheel.

Na een paar dagen rijden we een kilometer verder naar een topje van 1500 meter. Hier vangen we ook weer een mobiel signaal op, dus kunnen we internetten. Er staat een soort uitkijktoren. Wanneer we er een kijkje nemen spreken we een vrouw die met een team 24 uur per dag de wacht heeft vanwege brandgevaar. Het is alom aanwezig in dit land.
Opnieuw hebben we dagelijks een geweldige wandeling met her en der Scandinavisch aandoende huizen. We drinken koffie met mooie uitzichten, onder andere op het witte valleidorp Manteigas in de diepte. Kicken!
In de winter kan hier zelfs geskied worden. Dat begint al voelbaar te worden aan de kou. In de laatste nazomerzon volgen we de lange gletsjervallei van de Zêzere-rivier omhoog. 30.000 Jaar geleden lag hier een ijsmassa van 300 meter dik, die deze U-vorm in het landschap sleet. In de voetsporen van ontdekkingsreizigers lopen we naar de oorsprong van de rivier, waar waterstromen zich trapsgewijs 400 meter omlaag de berg afstorten.

Drinkwater uit de bron, kleding wassen in de heldere rivier (met bio-wasnoten) en brood bakken… Iets van een oergevoel kriebelt. Met de herder die hier dagelijks de kudde hoedt wisselen we enkele woordjes uit. We ontvangen peertjes, druiven en een stukje échte Serra da Estrela- schapenkaas en geven hem een stuk vers gebakken chocolade cake.
Voor deze reis vroegen we ons af of we onderweg geconfronteerd zouden worden met de onsolidaire houding van Hoekstra en Rutte t.a.v. de zuidelijken staten binnen onze Europese unie. Maar we ontmoeten veel vriendelijkheid tot Portugese felicitaties over onze manier van leven aan toe. Een Portugese ‘buurjongen’, die met vrouw en kindje in een busje reist, gaat de vrijheidsstrijd aan met de parkrangers die hun autoriteit doen gelden. Opgewonden deelt hij met ons, in prima Engels zijn aanvaring, zijn gevoel van onrecht en de regels van het Portugese rechtssysteem. Na een wandeling vinden we onder onze ruitenwisser een briefje van de autoriteit dat het verblijf hier verboden is. Als gast gaan wij geen strijd aan en vertrekken we na een warm afscheid van onze buurtjes.

Terug in Caldas de Manteigas laten we de kans niet lopen om voor Klaas nog even zélf die karakteristieke, rauwmelkse Serra da Estrelakaas te kopen. Schapen hebben in dit droge berggebied hun voer bij elkaar gegraasd. De begroeiing geeft de kaas een specifieke, kruidige smaak. Het wordt helemaal met de hand gemaakt, met plantaardige stremsel van een distelsoort. Deze romige, halfzachte kaas wordt na de productie gewassen met gepekeld water en door een strook katoen in zijn vorm gehouden. Een authentiek product om de herinneringen langer levend te houden.
Maar dan… natuurlijk terug het gebied in! Op naar de top van bijna 2000 meter. Ontzagwekkend! We rijden de wolken in, tussen de lichtgroen bemoste, granieten wanden. We stoppen op een schitterende plek. Klaas zijn lage stem breekt ietwat als hij stamelt hoe prachtig het is. Zo’n pure schoonheid.
Met onze zintuigen wijdt open nemen
we de granieten rondingen op, het groen ertussen, de kletterende watervalletjes en kabbelende stroompjes, de schone lucht. Wat zonnewarmte doet de mist verdrijven. Indrukwekkend komt deze beleving bij binnen. Het duizelt ons.
In het graniet is een sculptuur gemaakt van Senhora da Boa Estrela, de maagd Maria die waakt over de herders met hun kuddes. Er liggen bloemen en kaarsen. Wat hebben we onderweg al veel Maria-verering gezien. Terwijl wij ‘bij Maria op de koffie gaan’, merkt Klaas op dat mensen toch een enorme behoefte hebben aan een moederfiguur die zorgt voor ons… Wat is het toch apart dat dan zo’n verpersoonlijking van een zorgzame moeder, door de mensenhand gemaakt, zo trekt. In dit indrukwekkende berggebied ervaren we moeder-natuur zélf. Dit IS de zorgzaamheid in levende lijve! Sprankelend, verstillend, puur en schoon. Met bonkend hart en de ontroering in de keel verwerken we deze ervaring.

De dag erna worden we opnieuw door de parkrangers aangesproken op overnachten aan de rand van dit gebied. Door zijn gebrekkige Engels en mijn geveinsde onnozelheid, lukt het om een boete te omzeilen… We moeten meer oppassen. Jammer, want elke dag dienen we dus een plekje tussen de spaarzame bebouwing op te zoeken. In twee weken tijd wandelen en slapen we daardoor op 13 plaatsen. We voelen de onrust die dit geeft, maar het is een te bijzonder gebied om snel te verlaten.
De temperatuursomslag naar 14 graden maakt dat we vertrekken. Prima! Fijn zelfs, we hebben ook wel weer vreselijk veel zin in rustige, saaie dagen.

P/S Er zijn weer nieuwe panoramafoto's geplaatst.