Na weken reizen door de bewoonde wereld verlang ik er naar om terug te keren naar de natuur op ons bosperceel. Het is echter pijnlijk om te zien dat het bos, nota bene binnen Natuur Netwerk Nederland, gestaag door ontwikkelt naar een villawijk. Hekwerken, bebouwing, auto's, gazons en nachtverlichting, nauwelijks is er een blikveld waarin niet iets van deze dingen te zien is.
Komend vanuit de natuurlijke schoonheid, waarin we verbleven hebben is dit een kouwe, rauwe douche. De stadsmens vindt een grote groep bomen een mooi decor om daarbinnen een soort Center Parks te creëren, waar illegaal gewoond wordt en alle problemen uit de woonwijk geïmporteerd worden: inbraken, luide muziek, zwerfafval, burenruzies, vandalisme...
Bijna elk perceel is het bos aangetast, maar de gemeente handhaaft de wet al jaren niet. En wat niet afgedwongen wordt, is een (slecht) voorbeeld voor de ander.
Men is afgesloten voor de kwetsbare biotoop die een bos is, waar biodiversiteit voor evenwicht moet zorgen en waar bosdieren een veilig thuis zouden moeten hebben. Met de bos(b)ode dachten we met natuurinformatie en -inspiratie aan te zetten tot kwaliteitsverbetering. Maar helaas: zelfs de bestuursleden van de VvE, die in de transitie naar natuurkwaliteit de visie 'het bos is de baas' en 'het bos op nummer 1' verkondigen, houden hun illegale hekwerken, bebouwing en stadstuin in stand en breiden zelfs uit.
Onze uitgaven van de natuurmagazines die we de afgelopen 3 jaren gemaakt hebben, hebben misschien 1% zichtbaar effect. En helaas is dat niet allemaal positief: onze sloten bleken na terugkomst allemaal dicht gelijmd als intimidatie.
Ik voel me machteloos en moedeloos bij de algehele teloorgang.
Klaas heeft een veelzeggende droom waarin hij heel druk bezig is met opruimen. Dit keer niet zijn eigen spullen, maar van anderen; maar hoe meer hij opruimt, hoe meer troep erbij komt. Een sprekende symboliek! Hoe harder wij werken voor natuurkwaliteit, hoe passiever of destructiever de ander wordt.
Voor dit moment besluit ik te stoppen met de bos(b)ode. Het onder de aandacht brengen van de nog aanwezige potentie van het gebied, lijkt bij alle partijen te resulteren in mínder gevoel voor urgentie, om zich er actief voor in te zetten. Wie ziet dat het inderdaad achteruit gaat, wijst naar anderen, om zelf gelaten de schouders op te halen. Vrijwillig een stuk eigenbelang opgeven is taboe, terwijl daarin de rijkdom en vrijheid te vinden is, waar zo hard naar gezocht (en gekocht) wordt. Er is weinig empowerment. De mens heeft crises nodig om te veranderen en dat is wat men nu eerst creëert of passief laat men het gebeuren.
Dat moeten en kunnen wij niet tegen houden.
Daarbij doet zich nog een andere confrontatie met het kapitalistische systeem voor. Onze reisverzekering via de Nederlandse Kampeerauto Club, hebben we een paar jaar gebruikt voor onvoorziene medische kosten: Klaas zijn opname in het buitenlandse ziekenhuis en daarna 2 jaar dierenarts (max. 350,- p.j.). Gebruik maken van de verzekering blijkt echter niet de bedoeling: de N.K.C. heeft de verzekering eenzijdig opgezegd en we zijn op de landelijke fraudelijst gezet, onder de belastende beschuldiging 'declaratie bagageschade' i.p.v. medische kosten. Het kapitalisme ten voeten uit: wanneer er niet aan jou verdiend kan worden, moet jij wel een fraudeur zijn. We zijn nu verstrikt in een stroeve correspondentie met de arrogante macht van een systeem; de toeslagenaffaire in het klein.
Stef Bos verwoordt uitzonderlijk goed mijn positie in deze wereld:
https://www.youtube.com/watch?v=qtKOGbYFxKs
Ik heb moeite met het leven. Ik wil weg!
Mijn hart huilt. Ik wil terug naar de natuur, weg van mensen. Leven in een wereld waar puurheid en gelijkwaardigheid met de andere levende wezens de basis is. Ik wil vluchten.
Klaas daarentegen is heel blij dat hij weer geïnspireerd kan kleien. Hij wandelt hier momenteel niet i.v.m. hielspoor-klachten en sluit zich succesvol af in zijn mooie atelier. Hij rationaliseert zijn ergernissen: 'mensen veranderen nou eenmaal langzaam' en 'de groepsdwang van de massa is sterk'. Klaas wil pertinent de komende maanden kleien en dat begrijp ik volledig.
Maar mijn weerzin tegen deze maatschappij is op zijn top. Wanhopig vraag ik me af wat ik zal doen? Volg ik mijn verlangen naar de natuur, of volg ik mijn verlangen om de komende maanden bij Klaas te blijven? Dat is een lastig dilemma...
Als ik intens verdrietig besluit om te vertrekken, zegt Klaas dat ik misschien te snel opgeef. Bij onze clash onderweg zei ik deze woorden tegen hem en toen bleef hij om het langer uit te zoeken. Nu is het mijn beurt...
Ik begin met Sint Janskruid, om mijn emoties meer behapbaar te maken. Mogelijk spelen de veranderende hormonen door de menopauze een rol in de heftigheid. 's Ochtends en 's middags fiets ik naar het buitengebied, waar ik wandel met Pinke. In het wetland, dat is teruggegeven aan de natuur, voel ik dat ik weer diep kan ademhalen. De kikkers in het riet kwaken me verwelkomend toe. Een rijtje grondel-eenden maken me aan het lachen als ze gelijktijdig hun kontjes de lucht in gooien, om bodemplantjes te eten. De kievit toont me kirrend zijn vrije vluchten de koekoek echoot over het kruidenrijke grasland. Verschillende libellen zoemen om me heen. Vooral een blauwe waterjuffer is fascinerend mooi. Door de dieren word ik meegenomen in hun wereld, waar ik me vrij, verbonden en geliefd weet. Aan de waterkant ontvang ik een kikkerconcert en ondertussen voel-denk ik de hele situatie. In deze vredige omgeving doorzie ik dat mijn boosheid van het afgelopen jaar eigenlijk pijn en verdriet is. Ik huil mijzelf naar ontspanning.
Een ander wandelgebied aan de bosrand wordt afgewisseld met kruidenrijk grasland. Het is hier ontzettend groen en bloemig. Een bospaadje voert om een grote waterpoel, vol met veenpluis en jonge berk. Verschillende soorten kikkers springen weg voor mijn voeten. Een eekhoorn klautert door de boomkruinen en de buizerd zit op de uitkijk. Ik begraaf een dode zanglijster.
Hier begrijp ik het leven. De levensenergie die zichtbaar en onzichtbaar is, kan ik voelen in mijn wezen. Mijn hart danst. De ontzagwekkende eenheid van het léven gaat het verstand voorbij: hier is de dood tegelijkertijd het leven. De fysieke vorm verdwijnt uiteindelijk áltijd, dat is lastig te behappen met onze beperkte denkgeest, maar hier doorgrond ik het geheel. In deze omgeving voel ik overgave aan het échte leven en de dood, zoals het komt.
En zomaar, ineens...staat daar een te koop-bord in het weideland. Ik bel voor informatie: 2,3 hectare beschermde natuurgrond, met een overwoekerde waterpoel. De reetjes en hazen grazen er, geen gebouwen, geen auto's. Mijn verlangen naar een bloemenweide leek jaren onmogelijk en nu komt het in mijn nood, zomaar op mijn pad.
Hemelsbreed ligt Klaas zijn atelier op 1 km, dus zelfs op loopafstand. De gemeente bevestigt de APV waarin staat dat er door de grondeigenaar recreatief gekampeerd mag worden. De waterpoel is mogelijk een pingo-ruïne van zo'n 13.000 jaar geleden, uit de ijstijd. Met de verkopende boer ben ik snel akkoord, 87% van de vraagprijs. Ons resterende spaargeld is nét niet genoeg, dus met wat geleend geld van een vriendin wordt het van ons!
Naast dat ik nog steeds innerlijk werk te doen heb, om met vriendelijkheid bij mijn pijn en verdriet te kunnen blijven en me niet af te sluiten in boosheid, kunnen Klaas en ik in Nederland wél samen verder. Ieder met ruimte voor onze passie, om ons hart te vervullen. Een kosmisch kadootje.